Uitvoeringswet verordening Europese betalingsbevelprocedure
Artikel 9
Geldend
Geldend vanaf 10-06-2009
- Bronpublicatie:
29-05-2009, Stb. 2009, 232 (uitgifte: 09-06-2009, kamerstukken: 31513)
- Inwerkingtreding
10-06-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-05-2009, Stb. 2009, 232 (uitgifte: 09-06-2009, kamerstukken: 31513)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
1.
Ten aanzien van een uitvoerbaar verklaard Europees betalingsbevel in de zin van de verordening kan de verweerder een verzoek tot heroverweging doen bij het gerecht dat het uitvoerbare Europees betalingsbevel heeft uitgevaardigd op de gronden genoemd in artikel 20, eerste en tweede lid, van de verordening.
2.
Het verzoek moet worden gedaan:
- a.
in het geval bedoeld in artikel 20, eerste lid, onder a, van de verordening, binnen vier weken nadat het uitvoerbare betalingsbevel aan de verweerder bekend is geworden;
- b.
in het geval bedoeld in artikel 20, eerste lid, onder b, van de verordening, binnen vier weken nadat de daargenoemde gronden hebben opgehouden te bestaan;
- c.
in het geval bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de verordening, binnen vier weken nadat de daargenoemde grond voor heroverweging aan de verweerder bekend is geworden.
3.
Voor de indiening van een verzoek tot heroverweging is de bijstand van een advocaat niet vereist.