Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 2
Artikel 27 [Eisen aan akte]
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2002
- Bronpublicatie:
22-11-2001, Stb. 2001, 574 (uitgifte: 01-01-2001, kamerstukken: 27647)
- Inwerkingtreding
01-02-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-11-2001, Stb. 2001, 574 (uitgifte: 01-01-2001, kamerstukken: 27647)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
1.
Wordt een vereniging opgericht bij een notariële akte, dan moeten de volgende bepalingen in acht worden genomen.
2.
De akte wordt verleden in de Nederlandse taal. Indien de vereniging haar zetel heeft in de provincie Fryslân kan de akte in de Friese taal worden verleden. Een volmacht tot medewerking aan de akte moet schriftelijk zijn verleend.
3.
De akte bevat de statuten van de vereniging.
4.
De statuten houden in:
- a.
de naam van de vereniging en de gemeente in Nederland waar zij haar zetel heeft;
- b.
het doel van de vereniging;
- c.
de verplichtingen die de leden tegenover de vereniging hebben, of de wijze waarop zodanige verplichtingen kunnen worden opgelegd;
- d.
de wijze van bijeenroeping van de algemene vergadering;
- e.
de wijze van benoeming en ontslag van de bestuurders;
- f.
de bestemming van het batig saldo van de vereniging in geval van ontbinding, of de wijze waarop de bestemming zal worden vastgesteld.
5.
De notaris, ten overstaan van wie de akte wordt verleden, draagt zorg dat de akte voldoet aan het in de leden 2–4 bepaalde. Bij verzuim is hij persoonlijk jegens hen die daardoor schade hebben geleden, aansprakelijk.