NJB 2012/1531
HR, 12-06-2012, nr. 11/00508
HR 12-06-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW7951
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 juni 2012
- Magistraten
Mrs. Van Schendel, Splinter-van Kan en Wortel;
- Zaaknummer
11/00508
- Conclusie
A-G Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep; adv. mr. A.M. Seebregts, Rotterdam
- LJN
BW7951
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BW7951, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑06‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW7951, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑06‑2012
- Wetingang
Sv art. 359
Essentie
Als het verweer betreft de betrouwbaarheid van de ter beschikking staande bewijsmiddelen en dus niet de voor de bewezenverklaring zelf van de redengevende bewijsmiddelen, geldt niet de eis dat met voldoende mate van nauwkeurigheid dient te zijn vermeld aan welk wettig bewijsmiddel die feiten of omstandigheden zijn ontleend.
Uitspraak
De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden wegens:
- 1)
openlijk in verenging geweld plegen tegen personen en
- 2)
primair: diefstal, gevolgd van geweld tegen personen gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heterdaad het bezit van het gestolene te verzekeren, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.