NJB 2020/583
Mondelinge uitspraak. De rechtbank doet mondeling uitspraak. Zij werkt die later schriftelijk uit, maar niet binnen twee weken. Hoge Raad: Overschrijding van de in HR 20 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:650 genoemde termijn van twee weken voor de schriftelijke uitwerking van de mondelinge uitspraak, heeft niet tot gevolg dat de uitspraak nietig is of dat daaraan anderszins geen rechtsgevolgen kunnen worden verbonden
HR 21-02-2020, ECLI:NL:HR:2020:320
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 februari 2020
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/03528
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:320, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑02‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1272, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑12‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑07‑2019
- Wetingang
(art. 30p lid 5 Rv)
Essentie
Mondelinge uitspraak. De rechtbank doet mondeling uitspraak. Zij werkt die later schriftelijk uit, maar niet binnen twee weken. Hoge Raad: Overschrijding van de in HR 20 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:650 genoemde termijn van twee weken voor de schriftelijke uitwerking van de mondelinge uitspraak, heeft niet tot gevolg dat de uitspraak nietig is of dat daaraan anderszins geen rechtsgevolgen kunnen worden verbonden
Partij(en)
De moeder, adv. mr. N.C. van Steijn, vs. de GI en de vader, niet verschenen.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Een dochter is onder toezicht gesteld met machtiging tot uithuisplaatsing.
In dit geding heeft de GI ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.