NJB 2017/919

Curaçao. Een Curaçaos advocatenkantoor heeft een Amerikaanse bankcheque ontvangen en biedt deze aan aan zijn Curaçaose bank. De bank crediteert de derdengeldenrekening van het advocatenkantoor. De algemene bankvoorwaarden bepalen dat een dergelijke creditering geschiedt onder voorbehoud van de goede afloop. De cheque blijkt vals te zijn. De bank vordert het gecrediteerde bedrag terug. Het advocatenkantoor voert het verweer dat de bank haar advies- en waarschuwingsplicht heeft geschonden en dat haar beroep op het voorbehoud naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Hoge Raad: 1. Zorgplicht bank. Advies- en waarschuwingsplicht. Creditering cheque onder voorbehoud van goede afloop. De omvang van de zorgplicht van de bank is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Het oordeel van het hof dat de bank haar zorgplicht niet heeft geschonden, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is, afgezien van hetgeen hierna wordt overwogen, niet onbegrijpelijk. 2. Essentiële stellingen. a. Het hof is niet ingegaan op een stelling over een toezegging van de bank. Indien deze stelling komt vast te staan, kan zij tot een ander oordeel leiden. Ook de klacht over het passeren van het bewijsaanbod slaagt. b. De beslissing van het hof is onvoldoende is gemotiveerd, aangezien geen aandacht is besteed aan stellingen over het rentepercentage, die, indien juist, kunnen meebrengen dat de beslissing geen stand kan houden