NJB 2018/1316
Procesrecht. Zaakwaarneming. Onbekend gebleven erfgenamen. Kan een belanghebbende in het geding worden vertegenwoordigd door een zaakwaarnemer? Immateriële schadevergoeding wegens schending van de redelijke termijn: (i) onredelijke late ingebrekestelling geen aanleiding voor verlenging redelijke termijn; (ii) verdeling schadevergoeding over bezwaar- en beroepsfase in het geval hangende beroepsfase uitspraak op bezwaar wordt gedaan; (iii) schadevergoedingsgerechtigden die onbekend zijn met procedure
HR 15-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:913
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 juni 2018
- Magistraten
Mrs. De Groot, Groeneveld, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
17/02367
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑06‑2018
ECLI:NL:HR:2018:913, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑06‑2018
- Wetingang
(art. 8:24 Awb; art. 29 AWR; art. 6:198 BW)
Essentie
Procesrecht. Zaakwaarneming. Onbekend gebleven erfgenamen. Kan een belanghebbende in het geding worden vertegenwoordigd door een zaakwaarnemer? Immateriële schadevergoeding wegens schending van de redelijke termijn: (i) onredelijke late ingebrekestelling geen aanleiding voor verlenging redelijke termijn; (ii) verdeling schadevergoeding over bezwaar- en beroepsfase in het geval hangende beroepsfase uitspraak op bezwaar wordt gedaan; (iii) schadevergoedingsgerechtigden die onbekend zijn met procedure
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
‘Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de erfgenamen van [A], gewoond hebbende te [Z] (hierna: belanghebbenden) (…)
1.1.
Bij de beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie kan van het volgende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.