NJ 2009, 76
HvJ EG, 21-10-2008, nr. C-200/07, nr. C-201/07
HvJ EG 21-10-2008, ECLI:EU:C:2008:579, m.nt. M.R. Mok
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
21 oktober 2008
- Magistraten
V. Skouris, P. Jann, C.W.A. Timmermans, A. Rosas, K. Lenaerts, J.-C. Bonichot, T. von Danwitz, J. Makarczyk, P. Kūris, E. Juhász, L. Bay Larsen, P. Lindh, C. Toader
- Zaaknummer
C-200/07
C-201/07
- Conclusie
A-G M. Poiares Maduro
- Noot
M.R. Mok
- LJN
BG6869
- JCDI
JCDI:ADS126048:1
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2008:579, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 21‑10‑2008
- Wetingang
Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de EG art. 9 en 10; intern reglement van het Europees Parlement art. 6 leden 2 en 3
Essentie
Verzoeken om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Corte suprema di cassazione bij beslissingen van 20 februari 2007.
Pamflet met beledigende uitlatingen verspreid door lid van Europees Parlement. Vordering tot vergoeding van immateriële schade. Immuniteit van leden van Europees Parlement.
Samenvatting
De communautaire regels inzake de immuniteit van de leden van het Europees Parlement moeten aldus worden uitgelegd, dat in een beroep tot schadevergoeding dat tegen een lid van het Europees Parlement is ingesteld wegens de mening die hij heeft geuit,
- —
de nationale rechter die over een dergelijke vordering dient te oordelen, wanneer hij geen informatie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.