Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) Nr. 1094/2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie
Artikel 42 Onafhankelijkheid van de raad van toezichthouders
Geldend
Geldend vanaf 30-12-2019
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-01-2020.
- Bronpublicatie:
18-12-2019, PbEU 2019, L 334 (uitgifte: 27-12-2019, regelingnummer: 2019/2175)
- Inwerkingtreding
30-12-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2019, PbEU 2019, L 334 (uitgifte: 27-12-2019, regelingnummer: 2019/2175)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Bij de uitvoering van de hun bij deze verordening toevertrouwde taken handelen de leden van de raad van toezichthouders onafhankelijk en objectief, in het uitsluitende belang van de Unie in haar geheel, en vragen noch aanvaarden zij instructies van instellingen of organen van de Unie, van regeringen of van een ander publiek of privaat orgaan.
2.
De lidstaten, de instellingen en organen van de Unie en andere publieke of private organen doen geen pogingen invloed uit te oefenen op de leden van de raad van toezichthouders bij het vervullen van hun taken.
3.
De leden van de raad van toezichthouders, de voorzitter en niet-stemgerechtigde vertegenwoordigers en waarnemers die aan de vergaderingen van de raad van toezichthouders deelnemen, maken vóór dergelijke vergaderingen accuraat en onverkort kenbaar of er al dan niet belangen zijn die geacht zouden kunnen worden afbreuk te doen aan hun onafhankelijkheid ten aanzien van agendapunten, en zij nemen niet deel aan de bespreking en de stemming betreffende die agendapunten.
4.
De raad van toezichthouders legt in zijn reglement van orde de praktische regelingen vast voor de in lid 3 bedoelde belangenverklaringen en voor het voorkomen van en omgaan met belangenconflicten.