NJ 2008, 380
EHRM, 13-11-2007, nr. 57325/00: D.H./Czech Republic
EHRM 13-11-2007, ECLI:NL:XX:2007:BC1879, m.nt. E.A. Alkema (D.H./Czech Republic)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer)
- Datum
13 november 2007
- Magistraten
Sir Nicolas Bratza, B.M. Zupančič, R. Türmen, K. Jungwiert, J. Casadevall, M. Tsatsa-Nikolovska, K. Traja, V. Zagrebelsky, E. Steiner, J. Borrego Borrego, A. Gyulumyan, K. Hajiyev, D. Spielmann, S.E. Jebens, J. Šikuta, I. Ziemele, M. Villiger
- Zaaknummer
57325/00
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
BC1879
- Roepnaam
D.H./Czech Republic
- JCDI
JCDI:ADS111775:1
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht (V)
Internationaal publiekrecht (V)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2007:BC1879, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer), 13‑11‑2007
- Wetingang
Essentie
Onevenredig veel Tsjechische Roma-kinderen worden geplaatst op scholen voor leerlingen met leerachterstand. Voldoende aannemelijk dat sprake is van indirect onderscheid naar etniciteit. Op staat rust bewijslast aantonen objectieve en redelijke rechtvaardiging. Schending van art. 14 jo. art. 2 Eerste Protocol.
Samenvatting
Klagers zijn 18 Tsjechische staatsburgers van Roma-origine die tussen 1985 en 1991 zijn geboren en woonachtig zijn in Ostrava in de republiek Tsjechië. Tussen 1996 en 1999 zijn zij geplaatst in bijzondere scholen voor kinderen met leerproblemen. Klagers stellen zich op het standpunt dat zij niet wegens werkelijk vastgestelde leerproblemen, maar op grond ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.