NJ 2008, 25
EHRM, 29-06-2007, nr. 15809/02, nr. 25624/02
EHRM 29-06-2007, ECLI:NL:XX:2007:BB3173, m.nt. E.A. Alkema
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer)
- Datum
29 juni 2007
- Magistraten
J.-P. Costa, L. Wildhaber, C.L. Rozakis, Sir Nicolas Bratza, B.M. Zupančič, R. Türmen, V. Butkevych, J. Casadevall, M. Pellonpää, S. Botoucharova, S. Pavlovschi, L. Garlicki, J. Borrego Borrego, A. Gyulumyan, L. Mijović, E. Myjer, J. Šikuta
- Zaaknummer
15809/02
25624/02
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
BB3173
- JCDI
JCDI:ADS154797:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2007:BB3173, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer), 29‑06‑2007
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 1, 6lid 2
Essentie
Zwijgrecht en nemo tenetur-beginsel. Via boetebedreiging toegepaste dwang bij het verkrijgen van inlichtingen omtrent verkeersdelict. Gebruik van onder directe dwang verkregen verklaring respectievelijk veroordeling voor het niet meewerken aan de inlichtingenplicht. Fair trial-beginsel niet geschonden.
Samenvatting
Verzoekers zijn kentekenhouders van voertuigen die door middel van een flitspaal zijn geregistreerd bij een snelheidsovertreding. Op basis van de Road Traffic Act 1988 worden zij gevraagd inlichtingen te verstrekken over de identiteit van de bestuurders van de voertuigen op het moment van de snelheidsovertreding. O'Halloran verklaart zelf bestuurder te zijn geweest. Later trekt hij zijn verklaring in. Desondanks wordt hij veroordeeld. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.