Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake een gedragscode voor lijnvaartconferences
Artikel 26
Geldend
Geldend vanaf 06-10-1983
- Bronpublicatie:
06-04-1974, Trb. 1980, 165 (uitgifte: 21-10-1980, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
06-10-1983
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-06-1983, Trb. 1983, 100 (uitgifte: 01-01-1983, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
1.
De Verdragsluitende Partijen verlenen de conferences en de verladersorganisaties de wettelijke bekwaamheden die nodig zijn voor de toepassing van de bepalingen van dit hoofdstuk. Inzonderheid:
- a.
kan een conference of een verladersorganisatie procedures instellen als partij of worden genoemd als partij bij een procedure in haar hoedanigheid als organisatie;
- b.
vormt een kennisgeving aan een conference of een verladersorganisatie in haar hoedanigheid als organisatie mede een kennisgeving aan elk lid van een zodanige conference of verladersorganisatie;
- c.
wordt een kennisgeving aan een conference of een verladersorganisatie gezonden aan het adres van het hoofdkantoor van de conference of de verladersorganisatie. Elke conference of verladersorganisatie dient het adres van haar hoofdkantoor te registreren bij de overeenkomstig artikel 46, eerste lid, aangestelde Administrateur (Registrar). Ingeval een conference of een verladersorganisatie de registratie nalaat of geen hoofdkantoor heeft, wordt een kennisgeving aan een lid in naam van de conference of de verladersorganisatie beschouwd als een kennisgeving aan een zodanige conference of organisatie.
2.
De aanvaarding of verwerping door een conference of een verladersorganisatie van een aanbeveling van de bemiddelaars wordt beschouwd als de aanvaarding of verwerping van een zodanige aanbeveling door elk van haar leden.