Rb. Alkmaar, 05-11-2008, nr. 243450 / CV EXPL 07-3348 (FZM)
ECLI:NL:RBALK:2008:BG5040
- Instantie
Rechtbank Alkmaar
- Datum
05-11-2008
- Zaaknummer
243450 / CV EXPL 07-3348 (FZM)
- LJN
BG5040
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBALK:2008:BG5040, Uitspraak, Rechtbank Alkmaar, 05‑11‑2008; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
- Vindplaatsen
Uitspraak 05‑11‑2008
Inhoudsindicatie
Algemene voorwaarden. Art. 6:237 onder f. Marginale toetsing van bindend advies leidt tot vernietiging wegens gebrekkige motivering. Wettelijk vermoeden van onredelijk bezwarend zijn, wordt door Nuon weerlegd.
RECHTBANK ALKMAAR
Sector Kanton
Locatie Alkmaar
Zaaknr/rolnr.: 243450 \ CV EXPL 07-3348 (FZM)
Uitspraakdatum: 5 november 2008
Vonnis in de zaak van:
de naamloze vennootschap N.V. Nuon Customer Care Center (“Nuon CCC”), gevestigd te Arnhem
eisende partij
verder ook te noemen: Nuon CCC
gemachtigde: mr. R.J.M. Verstegen, advocaat te Amsterdam
rolgemachtigde: J.J. van der Voort, gerechtsdeurwaarder te Alkmaar
tegen
[naam], wonende te Limmen aan de [adres]
gedaagde partij
verder ook te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. J. Pastoors, medewerker bij de Stichting Rechtsbijstand te Tilburg.
Het procesverloop
Nuon CCC heeft een vordering ingesteld, zoals omschreven in de dagvaarding d.d. 10 juli 2007.
[gedaagde] heeft bij antwoord verweer gevoerd.
Na beraad heeft de kantonrechter bij tussenvonnis d.d. 5 september 2007 een comparitie gelast. Met het oog op de te houden comparitie heeft Nuon CCC nog producties overgelegd.
De comparitie is gehouden op 25 oktober 2007, alwaar zijn verschenen Nuon CCC bij mevrouw [naam], afdelingsmanager, en de heer [naam], juridisch medewerker, en [gedaagde] in persoon; beide partijen werden bijgestaan door hun gemachtigde. Van deze comparitie heeft de griffier aantekeningen gehouden.
Zijdens Nuon CCC zijn pleitaantekeningen overgelegd.
De inhoud van de processtukken geldt als hier ingelast.
Ten slotte is heden uitspraak bepaald.
De vaststaande feiten
1. Nuon CCC is de partij die namens Continuon alle rechtstreekse klantcontacten onderhoudt. Nuon CCC handelt in deze procedure in opdracht van Continuon.
2. [gedaagde], wonende te Limmen aan de [adres], is een overeenkomst aangegaan met Continuon.
3. Op deze overeenkomst zijn de algemene voorwaarden 2006 voor aansluiting en transport elektriciteit voor kleinverbruikers van toepassing.
4. De totstandkoming van deze algemene voorwaarden is het resultaat van overleg tussen de Consumentenbond en brancheorganisaties (EnergieNed). De Directie Toezicht energie (DTe) heeft zonder enig voorbehoud ingestemd met de uitkomst van de onderhandelingen. In mei 2006 zijn de (nieuwe) algemene voorwaarden in werking getreden.
5. Artikel 17.4 van de algemene voorwaarden, voor zover relevant, luidt:
“Indien en voor zover de netbeheerder jegens de contractant in het kader van deze algemene voorwaarden tot schadevergoeding verplicht is, komt schade aan personen en/of zaken slechts voor vergoeding in aanmerking tot een bedrag van ten hoogste Euro 910.000,- (…) per gebeurtenis voor alle contractanten tezamen, met dien verstande dat de vergoeding van schade aan zaken, ongeacht de omvang van het totaal der schade, is beperkt tot ten hoogste Euro 1.400,- (…) per contractant.”
6. Op 17 augustus 2006 komt op het elektriciteitsnet van [gedaagde] een piekspanning van 380 volt te staan als gevolg van een onjuist gemonteerde nuldraad, waardoor schade is ontstaan aan een aantal (nieuwe) elektrische apparaten van [gedaagde].
7. Bij brief d.d. 5 oktober 2006 heeft [gedaagde] Nuon CCC aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden schade ad € 3.216,79.
8. Nuon CCC erkent de schade van [gedaagde] en met een beroep op artikel 17.4 van de toepasselijke algemene voorwaarden geeft Nuon CCC aan bereid te zijn de schade te vergoeden tot een bedrag van € 1.400,--, waarmee [gedaagde] niet instemt.
9. Bij brief d.d. 22 januari 2007 legt [gedaagde] het geschil voor aan de Geschillencommissie Energie en Water (hierna: commissie), met het verzoek een bindend advies te geven. De mondelinge behandeling vindt plaats op 14 maart 2007.
10. Het bindend advies van de commissie houdt, voor zover relevant, het navolgende in:
“(…) Naar het oordeel van de commissie is, gelet op het bepaalde in artikel 6:233 jo. 6:236 onder f. Burgerlijk Wetboek, de uit 1994 daterende beperking van de schadevergoedingsplicht tot een bedrag van € 1.400,--, in het huidige tijdsgewricht niet langer als een redelijke beperking van de schadelast van de ondernemer aan te merken in gevallen als de onderhavige waarin sprake is van een aan de ondernemer toerekenbare tekortkoming.
Het is immers een bekend feit dat de huidige apparatuur in de woningen en wel in het bijzonder in nieuwbouwwoningen waarvan in deze zaak ook sprake is, die als gevolg van de toerekenbare tekortkoming van de ondernemer onherstelbaar kan worden beschadigd, qua waarde een veelvoud bedraagt van het bedrag dat krachtens de algemene voorwaarden voor vergoeding vatbaar is.
(…)
De commissie is van oordeel dat in redelijkheid niet van een consument kan worden verwacht dat hij een dergelijke schade voor eigen rekening dient te nemen.
Gelet op de hierboven geschetste feiten en omstandigheden is de commissie onder verwijzing naar het bepaalde in artikel 6:233 onder a. Burgerlijk Wetboek van oordeel dat de onderhavige schadebeperking als een onredelijk bezwarend beding moet worden aangemerkt en is zij van mening dat de door de consument geleden schade voor vergoeding in aanmerking komt(…).”
11. Artikel 16 van het reglement van de commissie, voor zover relevant, luidt:
“De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid, met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst en de daarvan deel uitmakende voorwaarden(…).”
12. Artikel 30 van het reglement van de commissie, voor zover relevant, luidt:
“(…) De rechter zal het bindend advies vernietigen, indien de uitspraak in verband met de inhoud of wijze van totstandkoming in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn (…).”
Het geschil
13. Nuon CCC vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, vernietiging van het bindend advies van de commissie alsmede een verklaring voor recht dat [gedaagde] niets meer van Nuon CCC en/of Continuon te vorderen heeft, kosten rechtens.
14. Nuon CCC stelt -zakelijk samengevat- dat het bindend advies ten aanzien van zowel de inhoud als de wijze van totstandkoming naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is, omdat de commissie buiten haar bevoegdheden is getreden en zij het advies onvoldoende heeft gemotiveerd. De onaanvaardbaarheid is erin gelegen dat de commissie de algemene voorwaarden niet als uitgangspunt heeft genomen door het exoneratiebeding in artikel 17 op grond van een algemene overweging als onredelijk bezwarend te kwalificeren. Ze is daarbij ongemotiveerd voorbijgegaan aan het reglement, eerdere uitspraken en de stellingen van Nuon CCC ter zake van de wijze van totstandkoming van de algemene voorwaarden en kent geen belang toe aan de strekking en inhoud van het overleg tussen EnergieNed en de Consumentenbond ter zake van het exoneratiebeding.
15. [gedaagde] heeft verweer gevoerd. Hij stelt dat de commissie alle fundamentele beginselen van procesrecht heeft gehonoreerd: partijen zijn in de gelegenheid gesteld hun standpunt kenbaar te maken, de gegevens waarop het advies berust zijn ter kennis van beide partijen gebracht, het advies is voldoende gemotiveerd en berust bovendien op een deugdelijk onderzoek. Voorts is [gedaagde] van mening dat de commissie met juistheid heeft geoordeeld dat Nuon CCC geen gerechtvaardigd beroep op haar exoneratiebeding in artikel 17 van de algemene voorwaarden kan doen voor het beperken van haar aansprakelijkheid. Dat de commissie daarmee afwijkt van eerdere gedane uitspraken doet daar niet aan af, nu daarvoor in dit concrete geval grond aanwezig is.
De beoordeling
16. Blijkens artikel 7:904 lid 1 BW mag de kantonrechter de beslissing van een partij of een derde alleen marginaal toetsen en slechts vernietigen, indien gebondenheid aan die beslissing in verband met de inhoud of wijze van totstandkoming daarvan in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn. Daarbij geldt dat enkel ernstige gebreken in de beslissing daartoe aanleiding kunnen vormen. De eisen die worden gesteld aan de wijze van totstandkoming van het bindend advies dienen om een redelijke en billijke inhoud te krijgen. De fundamentele beginselen van procesrecht moeten gehonoreerd worden. De commissie heeft met haar oordeel een voor partijen bindende uitspraak gegeven zodat voornoemde wettelijke bepaling op die uitspraak van toepassing is.
17. Op de vraag in hoeverre een bindend advies dient te worden gemotiveerd, valt geen algemeen antwoord te geven. Volgens vaste jurisprudentie heeft in beginsel te gelden dat, naarmate het bindend advies meer het karakter van rechtspraak heeft, de beslissing van de bindend adviseur meer en beter behoort te worden gemotiveerd. Nuon CCC stelt terecht dat de commissie haar beslissing op een zodanige summiere wijze heeft gemotiveerd, dat met recht kan worden gesproken van een gebrekkige motivering, die meebrengt dat een fundamenteel beginsel van procesrecht is geschonden. Blijkens het in overweging 10 weergegeven citaat heeft de commissie overwogen dat in het huidige tijdsgewricht de uit 1994 daterende schadevergoedingsplicht niet beperkt kan worden tot een bedrag van € 1.400,00. De commissie heeft echter de door Nuon CCC aangevoerde omstandigheid dat het exoneratiebeding en de hoogte van het maximumbedrag in 2006 in het Algemene Voorwaardenoverleg uitgebreid aan de orde zijn gekomen en door betrokken partijen zijn geaccordeerd in haar verdere overweging volstrekt (ongemotiveerd) buiten beschouwing gelaten. De kantonrechter is van oordeel dat de commissie deze (onweersproken) stelling van Nuon CCC expliciet in haar overwegingen had moeten betrekken. Reeds hierom is de kantonrechter van oordeel dat de motivering van het bindend advies dusdanig tekortschiet, dat Nuon CCC naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet aan het bindend advies kan worden gehouden. Het een en ander leidt tot vernietiging van de uitspraak.
18. Op grond van artikel 7:904 lid 2 BW dient in deze procedure een nieuwe beslissing genomen te worden, die niet tot een inhoudelijke marginale toetsing van de uitspraak van de Commissie beperkt moet blijven.
19. Weliswaar erkent Nuon CCC de aansprakelijkheid van de door [gedaagde] geleden schade in totaal bedragende € 3.216,79 , doch zij beroept zich op het exoneratiebeding uit haar algemene voorwaarden en geeft aan de schade tot een bedrag van € 1.400,-- te zullen vergoeden. [gedaagde] stelt dat Nuon CCC geen gerechtvaardigd beroep kan doen op het exoneratiebeding. [gedaagde] treft geen verwijt in het ontstaan van de schade en hij had zich niet kunnen verzekeren voor schade veroorzaakt door een fout van een derde. De door Nuon CCC aangeboden schadevergoeding staat niet in een redelijke verhouding tot de door hem werkelijk geleden schade, aldus [gedaagde].
20. Artikel 6:237 aanhef en onder f van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat een beding in de algemene voorwaarden wordt vermoed onredelijk bezwarend te zijn indien dat beding “de gebruiker of een derde geheel of ten dele bevrijdt van een wettelijke verplichting tot schadevergoeding.” Nuon CCC heeft het volgende -zakelijk samengevat- naar voren gebracht om dit wettelijke vermoeden te weerleggen. Nuon CCC benadrukt dat bij de totstandkoming van haar algemene voorwaarden de wederzijdse betrokken belangen tegen elkaar zijn afgewogen, dat de exoneratie en ook de hoogte van het maximumbedrag in 2006 in het Algemene Voorwaardenoverleg expliciet aan de orde zijn gekomen en door de betrokken partijen zijn geaccordeerd. Voorts stelt Nuon CCC dat een netbeheerder als Continuon wettelijk verplicht is tegen vastgestelde en gereguleerde tarieven afnemers van elektriciteit aan te sluiten op het elektriciteitsnet en voor transport van elektriciteit zorg te dragen. Deze gereguleerde tarieven laten geen ruimte voor het aanvaarden van volledige aansprakelijkheid door de netbeheerder voor schade van afnemers als gevolg van schade aan het netwerk. Een onbeperkte aansprakelijkheid zou voor ondernemers onverzekerbaar zijn. De kantonrechter is van oordeel dat [gedaagde] deze stellingen van Nuon CCC niet althans onvoldoende heeft weerlegd. Nuon CCC is aldus geslaagd in het weerleggen van het wettelijk vermoeden dat het door haar gebruikte exoneratiebeding onredelijk bezwarend is in de gegeven omstandigheden. Dat [gedaagde] geen verwijt treft in het ontstaan van de schade, dat [gedaagde] heeft voldaan aan zijn schadebeperkingsplicht en dat de elektrische apparaten zo goed als nieuw waren doen aan dit oordeel niet af. Voorts is niet gebleken dat sprake is geweest van opzet of grove schuld aan de zijde van Nuon CCC.
21. Gelet op het vorenstaande is de kantonrechter van oordeel dat Nuon CCC aansprakelijk is voor de door [gedaagde] geleden schade tot een bedrag van € 1.400,--.
22. [gedaagde] dient als de in het ongelijk te stellen partij in de proceskosten te worden veroordeeld.
De beslissing
De kantonrechter:
Vernietigt het bindend advies van de Geschillencommissie Energie en Water van 16 mei 2007, gewezen tussen [gedaagde] als klager en Nuon CCC als verweerder.
Verklaart voor recht dat [gedaagde] niets meer van Nuon CCC en/of Continuon te vorderen heeft.
Veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, die tot heden voor Nuon CCC worden vastgesteld op een bedrag van € 655,85 [inclusief BTW indien en voor zover door [gedaagde] verschuldigd], waaronder begrepen een bedrag van € 300,-- voor salaris van de gemachtigde van Nuon CCC [waarover [gedaagde] geen BTW verschuldigd is].
Verklaart deze veroordeling(en) uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. L. van der Heijden, kantonrechter, bijgestaan door de griffier en op 5 november 2008 in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter