Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland ter verdere vereenvoudiging van het rechtsverkeer, zoals geregeld bij het op 1 maart 1954 te 's-Gravenhage gesloten Verdrag betreffende de burgerlijke rechtsvordering
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 03-05-1964
- Bronpublicatie:
30-08-1962, Trb. 1962, 108 (uitgifte: 09-10-1962, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
03-05-1964
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-04-1964, Trb. 1964, 52 (uitgifte: 22-04-1964, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
Verdrag van 30 augustus 1962
HARE MAJESTEIT DE KONINGIN DER NEDERLANDEN
en
DE PRESIDENT VAN DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND,
Verlangend het rechtsverkeer, zoals geregeld bij het Haagse Verdrag van 1 maart 1954 betreffende de burgerlijke rechtsvordering, tussen de beide Staten verder te vereenvoudigen,
Zijn overeengekomen een verdrag te sluiten en hebben tot Hun gevolmachtigden benoemd:
Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden:
De Heer mr. J. M. A. H. Luns, Minister van Buitenlandse Zaken,
De President van de Bondsrepubliek Duitsland:
De Heren
Dr. J. Löns, Buitengewoon en Gevolmachtigd Ambassadeur te 's-Gravenhage, en
Prof. dr. A. Bülow, Directeur-Generaal bij het Bondsministerie van Justitie.
De gevolmachtigden zijn, na uitwisseling van hun in goede en behoorlijke vorm bevonden volmachten, het volgende overeengekomen:
Verdragpartijgroep