5.6.5 Toepassingsgebied (ii): fouten van de bank

Naar ik meen kan onder omstandigheden ook aan de bank een revindicatoir recht toekomen indien de kenbare vergissing het gevolg is van een handelen van de bank. Indien deze een betaalopdracht onjuist uitvoert, is zij verplicht de rekening die zij onterecht heeft gedebiteerd voor eenzelfde bedrag weer te crediteren. De rekeninghouder is daarmee schadeloos gesteld. Vervolgens is het aan de bank om het geld dat bij vergissing werd overgeschreven, terug te krijgen van de feitelijk begunstigde. De bank loopt daarbij het risico dat de laatste weigerachtig is of zelfs in staat van faillissement verkeert. Ik zou willen aannemen dat op grond van dezelfde argumenten waarom een solvent onder omstandigheden een revindicatoire aanspraak toekomt, een dergelijk recht ook aan de bank kan worden toegekend, uiteraard alleen en voor zover de fout aan de bank is toe te schrijven. De bank van de accipiënt zal in dat geval niet mogen overgaan tot verrekening van de abusieve bijschrijving met een debetstand op de rekening. Ik kom hier nog op terug bij de bespreking van het leerstuk van verrekening in het zicht van en tijdens faillissement.1