NJB 2010, 1472
HR, 09-07-2010, nr. 09/04465, nr. 09/04512: ASMI II
HR 09-07-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM0976 (ASMI II)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 juli 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A. Hammerstein, J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel en F.B. Bakels
- Zaaknummer
09/04465
09/04512
- Conclusie
A‑G mr. L. Timmerman
- LJN
BM0976
- Roepnaam
ASMI II
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM0976, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑07‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM0976, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑04‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑11‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑11‑2009
- Wetingang
art. 2:8 BW; art. 2:9 BW; art. 2:107 lid 2 BW; art. 2:140 lid 2 BW; art. 2:349 lid 1 BW; Richtlijn 2007/36/EG art. 9 lid 1; Richtlijn 2007/36/EG art. 9 lid 2
Essentie
Enquêteprocedure.
1
1 Te onderzoeken periode. Een enquêteverzoek kan alleen betrekking hebben op feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan tot aan de datum van indiening van het verzoek, doch niet uitgesloten is dat van deze regel wordt afgeweken.
2
2 Bestuur. Strategie. De door de vennootschap te volgen strategie is in beginsel een aangelegenheid van het bestuur en het is aan het bestuur, onder toezicht van de RvC, te beoordelen of, en in hoeverre, het wenselijk is daarover in overleg te treden met externe aandeelhouders. Het bestuur is niet verplicht de AvA vooraf in zijn besluitvorming te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.