RvdW 2009, 211
HR, 23-01-2009, nr. 08/04448
HR 23-01-2009, ECLI:NL:HR:2009:BG7404
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 januari 2009
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
08/04448
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BG7404
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BG7404, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑01‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BG7404, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑12‑2008
Essentie
Wet Bopz. Machtiging voortzetting inbewaringstelling; geldigheidsduur; ontvankelijkheid cassatieberoep.
Nu de geldigheidsduur van de door de rechtbank verleende machtiging ingevolge art. 30 Wet Bopz is verstreken, heeft belanghebbende geen belang meer bij zijn vordering, zodat hij niet kan worden ontvangen in zijn cassatieberoep.
Partij(en)
[Verzoeker], te [woonplaats], verblijvend in de Mondriaan Zorggroep, locatie Maastricht, verzoeker tot cassatie, hierna: betrokkene, adv. mr. E. Grabandt,
tegen
De Officier van Justitie in het Arrondissement Maastricht, verweerder in cassatie, niet verschenen.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instantie
De officier van justitie in het arrondissement Maastricht heeft op 2 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.