RvdW 2009, 86
HR, 19-12-2008, nr. 08/00239
HR 19-12-2008, ECLI:NL:HR:2008:BG3714
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 december 2008
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven, F.B. Bakels
- Zaaknummer
08/00239
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
BG3714
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Pachtrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BG3714, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑12‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BG3714, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑12‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑01‑2008
- Wetingang
Pw art. 36, 134; Rv art. 1019j-1019v; Overgangswet NBW, art. 74; art. 7:367, 368, 369, 370 BW
Essentie
Pachtrecht. Cassatie; ontvankelijkheid; art. 1019j-1019v Rv.; overgangsrecht.
Nu blijkens de parlementaire geschiedenis van de op 1 september 2007 in werking getreden Wet van 26 april 2007, Stb. 163, waarbij de Pachtwet werd ingetrokken en titel 5 van Boek 7 BW (Pacht) en de procesrechtelijke bepalingen voor pachtzaken (art. 1019j-1019v Rv.) werden ingevoerd, de wetgever heeft bedoeld dat voor lopende procedures de algemene in verband met de Boeken 3-8 geldende overgangsbepaling van art. 74 van de Overgangswet NBW zal gelden, zal het van toepassing worden van de bedoelde procesrechtelijke bepalingen, die cassatieberoep — ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.