JOL 2008, 476
HR, 13-06-2008, nr. C07/105HR: To/Wong
HR 13-06-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC6116 (To/Wong)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 juni 2008
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, E.J. Numann, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C07/105HR
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
BC6116
- Roepnaam
To/Wong
- Vakgebied(en)
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC6116, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑06‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC6116, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑06‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑03‑2007
Essentie
Huur bedrijfsruimte. Opzegging wegens dringend eigen gebruik; gewijzigde grondslag beëindigingsvordering?; strekking art. 7:294 BW.
Art. 7:294 BW, dat op straffe van nietigheid voorschrijft dat een opzegging als bedoeld in art. 7:293 lid 1 en 2 BW de gronden dient te vermelden die tot de opzegging hebben geleid, moet worden bezien in samenhang met art. 7:295 lid 2 BW, volgens welke bepaling de verhuurder zijn vordering tot beëindiging van de huurovereenkomst slechts kan baseren op de in de opzegging vermelde gronden. Nu blijkens de wetsgeschiedenis geen inhoudelijke wijziging ten opzichte van het oude recht is beoogd, strekt het bepaalde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.