RFR 2008, 76
Gezag en omgang. Moet bij toewijzing van verzoek tot herverkrijging gezamenlijk ouderlijk gezag voldaan zijn aan criteria van 1:253o BW?
HR 11-04-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC2731
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 april 2008
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R07/082HR
- Conclusie
A-G Keus
- LJN
BC2731
- JCDI
JCDI:ADS125460:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC2731, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑04‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC2731, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑04‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑04‑2007
- Wetingang
BW art. 1:253o
Essentie
Is voor een verzoek tot herverkrijging van gezamenlijk ouderlijk gezag noodzakelijk dat er sprake is van wijziging van omstandigheden, dan wel dat bij het nemen van de beslissing is uitgegaan van onjuiste of onvolledige gegevens of is toetsing aan het ‘klemcriterium’ voldoende?
Samenvatting
Ten tijde van de echtscheiding in 2003 is de moeder op gezamenlijk verzoek van beide ouders belast met het eenhoofdig gezag over het uit het huwelijk geboren minderjarige kind. Ruim een jaar later verzoekt de vader de rechtbank wederom samen met de moeder belast te worden met het gezamenlijk ouderlijk gezag. De rechtbank wijst het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.