NJB 2007, 1472
HR, 22-06-2007, nr. C06/063HR
HR 22-06-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BA1828
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 juni 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C06/063HR
- Conclusie
A-G L.A.D. Keus
- LJN
BA1828
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Aanbestedingsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BA1828, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑06‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BA1828, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑06‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑01‑2006
- Wetingang
EG-Richtlijn nr. 93/37 art. 24; EG-Richtlijn nr. 93/37 art. 25; EG-Richtlijn nr. 93/37 art. 26; EG-Richtlijn nr. 93/37 art. 27; EG-Richtlijn nr. 93/37 art. 28; EG-Richtlijn nr. 93/37 art. 29; EG-Richtlijn nr. 04/18 art. 48 lid 3; Besl. aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten art. 49 lid 3
Essentie
Aanbesteding. Kwalitatieve selectie. Beroep gegadigden op bekwaamheden van derden. Gegadigden voor een overheidsopdracht mogen niet worden uitgesloten van deelneming aan een aanbestedingsprocedure op de enkele grond dat zij bij de uitvoering van de beoogde opdracht een beroep willen doen op een of meer derden en hun technische bekwaamheden. De opvatting dat een gegadigde zich ten aanzien van een ervaringseis niet mag beroepen op de vaardigheden van direct dan wel indirect met hem verbonden derden die slechts tezamen aan die eis voldoen is daarmee onverenigbaar. De rechtspraak van het HvJ EG stelt dwingend als ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.