RAR 2007, 111
Cao. Hoe dient het begrip ‘heraanbesteding van een contract’ in de toepasselijke cao te worden uitgelegd?
HR 08-06-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BA3039
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juni 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, E.J. Numann, A. Hammerstein, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C06/020HR
- Conclusie
A-G Timmerman
- LJN
BA3039
- JCDI
JCDI:ADS870635:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Medezeggenschapsrecht
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Insolventierecht / Faillissement
Verbintenissenrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BA3039, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑06‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BA3039, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑06‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑12‑2005
- Wetingang
EG-Richtlijn nr. 77/187; EG-Richtlijn nr. 98/50; BW art. 7:662; Cao Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf art. 43
Essentie
Hoe dient het begrip ‘heraanbesteding van een contract’ in de toepasselijke cao te worden uitgelegd?
Samenvatting
Tot december 2002 was ISS belast met het schoonmaken van vliegtuigen op Schiphol. ISS verrichtte deze werkzaamheden op basis van (onder meer) een contract met KLM. Op grond van dit contract verrichtte ISS schoonmaakwerkzaamheden in vliegtuigen van KLM en in die van Northwest Airlines. In september 2002 heeft ISS wegens tegenvallende resultaten besloten haar activiteiten op Schiphol te beëindigen en de onderneming te liquideren. Zij heeft de betrokken contracten opgezegd. Na deze opzegging heeft Northwest de schoonmaakwerkzaamheden uitbesteed aan Lavos. Lavos heeft aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.