NJB 2007, 1059
HR, 27-04-2007, nr. C05/268HR: Intrahof/Bart Smit
HR 27-04-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ6638 (Intrahof/Bart Smit)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 april 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, E.J. Numann, A. Hammerstein, F.B. Bakels en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C05/268HR
- Conclusie
A-G F.F. Langemeijer
- LJN
AZ6638
- Roepnaam
Intrahof/Bart Smit
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Vermogensrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Huurrecht / Huur van bedrijfsruimte
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ6638, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑04‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ6638, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑04‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑09‑2005
- Wetingang
BW art. 6:32; BW art. 6:94; BW art. 6:248; BW art. 7:290; Rv art. 242 lid 1
Essentie
Onbetaalde huur. Bevrijdende betaling. Van een bevrijdende betaling zou slechts sprake zijn geweest, als de schuldeiser de wijze van betaling had bekrachtigd of erdoor was gebaat. Redelijkheid en billijkheid. Het oordeel dat de huurder door de inhoud van de brief zozeer op het verkeerde been is gezet dat dit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid in de weg staat aan het onverkort vorderen van de bedongen boete getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting en is voldoende gemotiveerd. Matiging bedongen boete. De maatstaf dat voor matiging van bedongen boete slechts reden kan zijn indien de billijkheid dit klaarblijkelijk eist, brengt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.