NJ 2006, 492
Bescherming productvormgeving (kleding). Merkenrecht. Bevoegdheid ex art. 37 BMW. Vormmerk; uitleg art. 3 lid 1 onder e Merkenrichtlijn (art. 1 lid 2 BMW); Hoge Raad stelt prejudiciële vragen aan HvJEG. Samenloop merkenrecht en auteursrecht. Buitengerechtelijke kosten.
HR 08-09-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AV3384
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 september 2006
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
C05/071HR
- Conclusie
A-G Verkade
- LJN
AV3384
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Algemeen
Intellectuele-eigendomsrecht / Auteursrecht
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
Internationaal privaatrecht (V)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AV3384, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑09‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AV3384, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑09‑2006
Essentie
Bescherming productvormgeving (kleding). Merkenrecht. Bevoegdheid ex art. 37 BMW. Vormmerk; uitleg art. 3 lid 1 onder e Merkenrichtlijn (art. 1 lid 2 BMW); Hoge Raad stelt prejudiciële vragen aan HvJEG. Samenloop merkenrecht en auteursrecht. Buitengerechtelijke kosten.
Uit de in cassatie niet bestreden vaststelling dat Benetton haar broek — via franchisenemers — op de Nederlandse markt heeft laten brengen en dat de broek ook binnen het arrondissement Amsterdam is verhandeld, heeft het hof kunnen afleiden dat Benetton aldaar op merkenrechtelijk relevante wijze actief is, zodat de klacht tegen 's hofs oordeel dat de rechtbank ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.