JOL 2003, 248
Verzoekschriftprocedure; hoger beroep; niet behoorlijk in het geding naar voren gebrachte grieven.
HR 25-04-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF5102
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 april 2003
- Magistraten
R. Herrmann, H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
R02/074HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AF5102
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF5102, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑04‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF5102, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑04‑2003
Essentie
Verzoekschriftprocedure; hoger beroep; niet behoorlijk in het geding naar voren gebrachte grieven.
Met toepassing van art. 81 RO verworpen cassatieklachten tegen 's Hofs oordeel dat geen acht geslagen kan worden op de gronden van het hoger beroep die zijn aangevoerd bij het, na het verstrijken van de appeltermijn, ingediende aanvullend beroepschrift en ter zitting in hoger beroep, alsmede tegen 's Hofs oordeel dat de wel tijdig aangevoerde grief evenmin aan de daaraan te stellen eisen voldoet nu zij onvoldoende is onderbouwd.
Partij(en)
[Verzoekster], te [woonplaats], verzoekster tot cassatie, adv. mr. F.A.M. van Bree,
tegen
[Verweerder], te [woonplaats], verweerder in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.