JOL 2001, 510
Verzoekschriftprocedure: kostenveroordeling.
HR 05-10-2001, ECLI:NL:PHR:2001:ZC3694
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 oktober 2001
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, R. Herrmann, A.E.M. van der Putt-Lauwers, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop
- Zaaknummer
R00/090HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
ZC3694
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:ZC3694, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑10‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:ZC3694, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑10‑2001
Essentie
Verzoekschriftprocedure: kostenveroordeling.
In deze verzoekschriftprocedure (alimentiegeding) had het Hof ingevolge art. 429k juncto art. 429q Rv. de vrijheid te beslissen dat de vrouw in de kosten van het geding in hoger beroep diende te worden veroordeeld; de beslissing te dezer zake kan in cassatie niet op juistheid doch slechts op begrijpelijkheid worden getoetst. 's Hofs oordeel dat de vrouw dient te worden veroordeeld in de gedingkosten in hoger beroep omdat zij die kosten nodeloos heeft veroorzaakt, is niet onbegrijpelijk.
Partij(en)
[De vrouw], te [woonplaats], verzoekster tot cassatie, adv. mr. M.G. Cantarella,
tegen
[De man], te [woonplaats], verweerder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.