JOL 2001, 481
Bewijswaardering; de auditu verklaringen; partijgetuige.
HR 21-09-2001, ECLI:NL:HR:2001:ZC3651
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 september 2001
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
C99/340HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
ZC3651
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:ZC3651, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑09‑2001
ECLI:NL:HR:2001:ZC3651, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑09‑2001
Essentie
Bewijswaardering; de auditu verklaringen; partijgetuige.
Cassatieberoep tegen 's Hofs oordeel dat getuigenverklaringen niet of onvoldoende kunnen bijdragen aan het bewijs verworpen met toepassing van art. 101a RO.
Samenvatting
Partij(en)
[Eiser], te [woonplaats], eiser tot cassatie, adv. mr. G.R. van der Plas,
tegen
[Verweerster], te [vestigingsplaats], verweerster in cassatie, adv. mr. E. Grabandt.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van dit geding tussen thans eiser tot cassatie — verder te noemen: (eiser) — en thans verweerster in cassatie — verder te noemen: (verweerster) — verwijst de Hoge Raad naar zijn arresten van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.