JOL 2001, 339
Erfrecht; internationaal privaatrecht. Bevel boedelbeschrijving; rechtsmiddelenverbod; internationale bevoegdheid kantonrechter; internationale reikwijdte bevel boedelbeschrijving. Betekeningsverdrag en verzoekschriftprocedures. Belanghebbende in zin art. 429 lid 2 Rv. Hoge Raad doet zelf af.
HR 18-05-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB1694
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 mei 2001
- Magistraten
P. Neleman, R. Herrmann, A.E.M. van der PuttLauwers, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein
- Zaaknummer
R00/019HR en R00/020HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AB1694
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AB1694, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑05‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AB1694, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑05‑2001
Essentie
Erfrecht; internationaal privaatrecht. Bevel boedelbeschrijving; rechtsmiddelenverbod; internationale bevoegdheid kantonrechter; internationale reikwijdte bevel boedelbeschrijving. Betekeningsverdrag en verzoekschriftprocedures. Belanghebbende in zin art. 429 lid 2 Rv. Hoge Raad doet zelf af.
Nietontvankelijkheid voorzover middel geen klachten bevat die tot doorbreking kunnen leiden van rechtsmiddelenverbod van art. 672 Rv. (bevel kantonrechter boedelbeschrijving). Bij gebreke van een Nederland bindende verdragsbepaling m.b.t. een verzoek tot het bevelen van een boedelbeschrijving, heeft de Rechtbank terecht geoordeeld dat de Kantonrechter zich o.g.v. art. 672 juncto art. 429c leden 14 en 15 Rv. bevoegd kon achten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.