JOL 2000, 551
Wet voorkeursrecht gemeenten: art. 26 lid 1.
HR 10-11-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA8257
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 november 2000
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, W.H. Heemskerk, J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein
- Zaaknummer
R99/210HR
- Conclusie
A-G Ilsink
- LJN
AA8257
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Bouwrecht (V)
Vermogensrecht (V)
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen (V)
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA8257, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑11‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA8257, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑11‑2000
Essentie
Wet voorkeursrecht gemeenten: art. 26 lid 1.
Zelfde beslissing als in de zaak met rekestnummer R99/217HR.
Samenvatting
Partij(en)
- 1.
De Gemeente Zoetermeer, gevestigd te Zoetermeer,
- 2.
[Verzoeker 2], wonende te [woonplaats],
- 3.
[Verzoeker 3], wonende te [woonplaats],
- 4.
[Verzoeker 4], wonende te [woonplaats],
- 5.
[Verzoeker 5], wonende te [woonplaats],
- 6.
[Verzoeker 6], wonende te [woonplaats],
- 7.
STAL De Kraal, Cpral's Farm and Stud BV, gevestigd te Rotterdam,
verzoekers tot cassatie, voorwaardelijk incidenteel verweerders, adv. mr. M.A. Leijten,
tegen
De Gemeente Bleiswijk, gevestigd te Bleiswijk, verweerster in cassatie, voorwaardelijk incidenteel verzoekster, adv. mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.