JOL 1999, 167
Echtscheiding: ouderlijk gezag kinderen; verblijfplaats en afgifte kind
HR 10-12-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA3844
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 december 1999
- Magistraten
Roelvink, Herrmann, Fleers;i.b.d.
- Zaaknummer
R98/174HR
- Conclusie
i.b.d. A-G Moltmaker
- LJN
AA3844
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:1999:AA3844, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑12‑1999
ECLI:NL:HR:1999:AA3844, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑12‑1999
Essentie
Echtscheiding: ouderlijk gezag kinderen; verblijfplaats en afgifte kind.
Cassatieberoep verworpen op de gronden uiteengezet in de conclusie van de A-G: Het Hof geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting omtrent art. 812 Rv of van een innerlijk tegenstrijdige beslissing door enerzijds te bekrachtigen de beschikking van de Rechtbank waarbij het gezag over de drie kinderen aan de moeder wordt opgedragen, doch anderzijds te overwegen dat het ongewenst is dat de oudste, bij de vader verblijvende, dochter onder dwang bij de vader wordt weggehaald.
Partij(en)
X., te Z., verzoeker tot cassatie, adv. mr. K.T.B. Salomons,
tegen
Y., te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.