NJ 1970, 292
HR, 10-04-1970
HR 10-04-1970, ECLI:NL:PHR:1970:AC1364
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 april 1970
- Magistraten
Dubbink, Peters, Ras, Minkenhof, Drion
- Zaaknummer
[1970-04-10/NJ_52694]
- LJN
AC1364
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1970:AC1364, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑04‑1970
ECLI:NL:PHR:1970:AC1364, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑04‑1970
- Wetingang
BW art. 1401; Gem.w art. 209
Samenvatting
Gedrag van een weggebruiker dat zo ver blijft beneden de in het algemeen te vergen voorzichtigheid dat de gemeente bij het nakomen van de op haar als eigenares van een weg rustende onderhoudsplicht geen rekening behoefde te houden met een zodanige graad van onvoorzichtigheid van weggebruikers.
Ingevolge het ongegrond bevinden van de middelen I en II (zie daaromtrent het arrest, Red.)moet er van worden uitgegaan dat de gemeente niet te kort is geschoten in haar onderhoudsplicht.
Partij(en)
Ch.I.M. van Adrichem, te Rijswijk (ZH), eiser tot cass. van een door het Hof te 's‑Gravenhage tussen pp. gewezen arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.