NJ 1970, 124
HR, 20-06-1969
HR 20-06-1969, ECLI:NL:PHR:1969:AC4942, m.nt. L.J. Hijmans van den Bergh
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 juni 1969
- Magistraten
De Jong, De Meijere, Peters, Beekhuis, Ras
- Zaaknummer
[1969-06-20/NJ_52526]
- Noot
L.J. Hijmans van den Bergh
- LJN
AC4942
- JCDI
JCDI:ADS116851:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Intellectuele-eigendomsrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1969:AC4942, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑06‑1969
ECLI:NL:PHR:1969:AC4942, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑06‑1969
- Wetingang
BW art. 668; Merkenwet art. 20
Essentie
Overgang van de litigieuze merkrechten aan een ander?
Samenvatting
Het Hof heeft aangenomen, dat een akte als bedoeld in art. 668, eerste lid BW, waarbij de litigieuze merkrechten zijn overgedragen, ontbreekt. Waar volgens genoemde bepaling de levering van onlichamelijke zaken geschiedt door middel van een akte als in die bepaling omschreven, heeft het Hof op voormelde grond terecht geoordeeld dat, ondanks de in het eerste en het tweede middel bedoelde aantekening (zie daaromtrent het arrest, Red), een overgang van de merkrechten niet kan worden aangenomen.*
Zie noot onder het arrest. (Red.).
Partij(en)
De naaml. venn. Padamo NV, te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.