NJ 1968, 121
HR, 13-10-1967
HR 13-10-1967, ECLI:NL:PHR:1967:AC3201
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 oktober 1967
- Magistraten
De Jong, Wiarda, Houwing, Hulsmann, Dubbink
- Zaaknummer
[1967-10-13/NJ_51573]
- LJN
AC3201
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1967:AC3201, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑10‑1967
ECLI:NL:PHR:1967:AC3201, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑10‑1967
- Wetingang
BW art. 470; Rv (oud) art. 828a; Rv (oud) art. 828b; Rv (oud) art. 828c; Rv (oud) art. 828d; Rv (oud) art. 828e; Rv (oud) art. 828f; Rv (oud) art. 828g; Rv (oud) art. 828h; Rv (oud) art. 828i
Essentie
Vermindering van alimentatie na echtscheiding op verzoek van de man, nadat in een voorafgaande procedure een verzoek tot verhoging van de vrouw is afgewezen. Feiten waarmede de appelrechter in procedures in zaken betreffende onderhoud rekening moet houden.
Samenvatting
In de vroegere alimentatie-procedure die geeindigd is met de beschikking van de Rb. te Utrecht van 12 okt. 1966, was aan de orde of de door dezelfde Rb. bij vonnis van 16 april 1958 ten behoeve van de vrouw vastgestelde uitkering op verzoek van de vrouw moest worden verhoogd, doch niet of deze uitkering moest worden verlaagd.
In de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.