NJ 1967, 44
HR, 23-12-1965
HR 23-12-1965, ECLI:NL:PHR:1965:AC4615
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 december 1965
- Magistraten
De Jong, Wiarda, Houwing, Hulsmann, Petit
- Zaaknummer
[1965-12-23/NJ_51012]
- LJN
AC4615
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1965:AC4615, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑12‑1965
ECLI:NL:PHR:1965:AC4615, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑12‑1965
- Wetingang
BW art. 1123
Essentie
Factoren die in aanmerking komen ter bepaling van de waarde waarvoor land bij boedelscheiding moet worden toegescheiden aan een deelgerechtigde, terwijl ten tijde van de tussen partijen overeengekomen scheidingsdatum de Wet op de vervreemding van landbouwgronden nog gold.
Samenvatting
Volgens art. 3, tweede lid onder e, van de ten tijde van de tussen partijen overeengekomen scheidingsdatum nog geldende Wet op de vervreemding van landbouwgronden, welke in het algemeen voor de overdracht van landbouwgrond de goedkeuring voorschreef van de Grondkamer, was deze goedkeuring — afgezien van een hier niet ter zake doende uitzondering — niet vereist voor een overeenkomst ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.