NJ 1965, 259
HR, 14-05-1965: Amsterdams Speeltuinverbond
HR 14-05-1965, ECLI:NL:PHR:1965:AD8077, m.nt. G.J. Scholten (Amsterdams Speeltuinverbond)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
14 mei 1965
- Magistraten
De Jong, Wiarda, Houwing, Hulsmann, Beekhuis
- Zaaknummer
[1965-05-14/NJ_50271]
- Noot
G.J. Scholten
- LJN
AD8077
- Roepnaam
Amsterdams Speeltuinverbond
- JCDI
JCDI:ADS65280:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1965:AD8077, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑05‑1965
ECLI:NL:PHR:1965:AD8077, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑05‑1965
- Wetingang
BW art. 1690; BW art. 1691; BW art. 1692; BW art. 1693; BW art. 1694; BW art. 1695; BW art. 1696; BW art. 1697; BW art. 1698; BW art. 1699; BW art. 1700; BW art. 1701; BW art. 1702; Wet Vereniging en Vergadering 1855 art. 6
Essentie
Kan lid ener vereniging zich ten overstaan van de rechter beroepen op onverbindendheid van een bestuursbesluit? Geval waarin het aan 's rechters oordeel is onttrokken of aan zodanig besluit gebreken kleven wegens de wijze waarop het is tot stand gekomen.
Samenvatting
Indien in de statuten van een vereniging beroep op de algemene vergadering is opengesteld van een bestuursbesluit tot royement van een lid, kan het geroyeerde lid, dat van deze mogelijkheid van beroep geen gebruik heeft gemaakt, de onverbindendheid van het besluit niet in een procedure voor de rechter inroepen, ook niet bij wijze van verweer tegen een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.