NJ 1965, 22
HR, 17-04-1964: Escompto
HR 17-04-1964, ECLI:NL:PHR:1964:AD8436, m.nt. G.J. Scholten (Escompto)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 april 1964
- Magistraten
Wiarda, Houwing, Dubbink, Petit, Beekhuis
- Zaaknummer
[1964-04-17/NJ_50034]
- Noot
G.J. Scholten
- LJN
AD8436
- Roepnaam
Escompto
- JCDI
JCDI:ADS116689:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal privaatrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1964:AD8436, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑04‑1964
ECLI:NL:PHR:1964:AD8436, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑04‑1964
- Wetingang
Wet AB art. 1; Wet AB art. 2; Wet AB art. 3; Wet AB art. 4; Wet AB art. 5; Wet AB art. 6; Wet AB art. 7; Wet AB art. 8; Wet AB art. 9; Wet AB art. 10; Wet AB art. 11; Wet AB art. 12; Wet AB art. 13; Wet AB art. 14; Ontwerp financiële en economische overeenkomst Ned-Indonesië 1949; Overeenkomst van Bretton Woods betreffende IMF 1944
Essentie
Cessie van vorderingen uit rekeningcourant ten laste van de Escomptobank (een te Djakarta gevestigde naaml. venn. naar Indonesisch recht) aan De Nederlanden van 1845. Rechtsgeldigheid dier cessie aanvechtbaar uit het oogpunt van door de Indonesische overheid in 1957/8 tegen Nederlanders getroffen maatregelen van confiscatoire aard ? Toepasselijkheid van Indonesisch recht op de rechtsverhouding tussen de Escomptobank (debitor cessus) en de clienten, de cedenten (Indonesische dochtermaatschappijen van de cessionaris, De Nederl. van 1845), op de vorderingen uit rekening-courant en op de overdracht dier vorderingen. Toepasselijkheid van Indonesisch deviezenrecht op die vorderingen en op de cessie daarvan. Kan op Indonesische deviezenrechtelijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.