NJ 1963, 483
HR, 28-06-1963
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 juni 1963
- Magistraten
Smits, De Jong, Wiarda, Hülsmann, Petit
- Zaaknummer
[1963-06-28/NJ_50009]
- LJN
AG2061
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1963:AG2061, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑06‑1963
ECLI:NL:PHR:1963:AG2061, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑06‑1963
- Wetingang
(Rv art. 59.)
Essentie
Motivering.
Samenvatting
Genoegzaamheid der redengeving van een in kort geding gegeven voorlopig oordeel.
Proc.-Gen. Mr. Langemeijer: de bestreden uitspraak voldoet niet aan de minimum eisen van motivering.
Partij(en)
1. W. F.M.R. von den Baumen, te Bloemendaal, 2. C. J. M. van den Bronk, te Santpoort (gem. Velsen), eisers tot cassatie van een arrest van het Hof te Amsterdam, op 17 jan. 1963 tussen pp. gewezen, adv. Mr. C. R. C. Wijckerheld Bisdom,
tegen
1. G. H. Vonk, te Amstelveen (gem. Nieuwer-Amstel), 2. de naaml. venn. Dekschuitenmaatschappij en Overslagbedrijf Oudhaarlem N.V., te Amsterdam, 3. F. T. S. ...