NJ 1935, p. 171
HR, 28-12-1934
HR 28-12-1934, ECLI:NL:HR:1934:AG1874, m.nt. P. Scholten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 december 1934
- Magistraten
Mrs. Visser, van den Dries, van Gelein Vitringa, Polak, Servatius
- Zaaknummer
[1934-12-28/NJ_138588]
- Noot
P. Scholten
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS159491:1
- Vakgebied(en)
Verzekeringsrecht (V)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1934:AG1874, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑12‑1934
- Wetingang
B.W. art. 1374; K. art. 288; B. W. art. 1374; K. art. 288.
Essentie
Brandverzekering. Bezwaar, dat de schatting van de schade door de deskundigen — waaraan partijen volgens de polis gebonden waren — ƒ 62,000 te laag was, in hoofdzaak omdat de schatters te veel op de te waardeeren goederen zouden hebben afgeschreven. Strijd met de goede trouw?
Samenvatting
Om met zoodanige klacht iets te kunnen bereiken had eischeres feiten moeten stellen, welke medebrachten, dat de schatters van een ten eenen male onhoudbaar standpunt zijn uitgegaan. Dit heeft eischeres echter niet gedaan. Uit het gestelde is geenszins af te leiden, dat het resultaat van de schatters zoozeer ingaat tegen hetgeen redelijk en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.