Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 111/2005 houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Gemeenschap en derde landen in drugsprecursoren
Artikel 20
Geldend
Geldend vanaf 30-12-2013
- Bronpublicatie:
20-11-2013, PbEU 2013, L 330 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: 1259/2013)
- Inwerkingtreding
30-12-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2013, PbEU 2013, L 330 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: 1259/2013)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
Voor de invoer van geregistreerde stoffen van categorie 1 van de bijlage is een invoervergunning vereist. Een invoervergunning mag slechts worden afgegeven aan in de Unie gevestigde marktdeelnemers. De invoervergunning wordt afgegeven door de bevoegde instanties van de lidstaat waar de importeur gevestigd is.
Er is evenwel geen invoervergunning vereist indien de in de eerste alinea bedoelde stoffen worden gelost of overgeladen, tijdelijk worden opgeslagen, worden opgeslagen in een vrije zone van controletype I of een vrij entrepot, of onder de regeling voor extern Uniedouanevervoer worden geplaatst.