Einde inhoudsopgave
Wegenverkeerswet 1994
Artikel 73 [Uitzonderingen keuringsplicht]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2009
- Bronpublicatie:
29-12-2008, Stb. 2009, 38 (uitgifte: 01-01-2009, kamerstukken: 31562)
- Inwerkingtreding
01-05-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-04-2009, Stb. 2009, 184 (uitgifte: 01-01-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Verkeersrecht (V)
1.
Artikel 72 geldt niet indien:
- a.
voor het motorrijtuig of de aanhangwagen ter zake van een keuring die ingevolge een andere dan deze wet is voorgeschreven en blijkens aanwijzing bij ministeriële regeling ten minste een controle inhoudt op de eisen, bedoeld in artikel 75, eerste lid, een keuringsdocument waarvan de geldigheidsduur niet is verstreken, is afgegeven, dan wel
- b.
de geldigheid van het voor het betrokken voertuig afgegeven kentekenbewijs is geschorst overeenkomstig paragraaf 6 van hoofdstuk IV.
2.
Bij algemene maatregel van bestuur kan onder daarbij te stellen voorwaarden worden bepaald dat:
- a.
artikel 72 niet geldt voor motorrijtuigen en aanhangwagens zolang gerekend vanaf het tijdstip waarop deze voertuigen voor het eerst op de weg zijn toegelaten, nog geen bij algemene maatregel van bestuur te bepalen termijn is verstreken, die voor verschillende groepen van voertuigen, alsmede voor voertuigen die voor, onderscheidenlijk na een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen tijdstip voor het eerst op de weg zijn toegelaten verschillend kan worden vastgesteld; bij algemene maatregel van bestuur kan nader worden bepaald op welk tijdstip een voertuig geacht wordt voor het eerst op de weg te zijn toegelaten;
- b.
artikel 72 niet geldt voor nader aangewezen groepen van motorrijtuigen of aanhangwagens. Hieronder vallen in ieder geval aanhangwagens met een toegestane maximum massa van niet meer dan 3500 kg;
- c.
in bepaalde uitzonderingsgevallen tijdelijk wordt of kan worden afgeweken van artikel 72;
- d.
artikel 72 gedurende een nader te bepalen termijn na het tijdstip van verstrijken van de geldigheidsduur van het voor het voertuig afgegeven keuringsbewijs niet geldt voor het op de weg staan van dat voertuig.
3.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden vastgesteld met betrekking tot het tweede lid, onderdelen b en c.