Rb. Zutphen, 24-01-2008, nr. 06/850211-07
ECLI:NL:RBZUT:2008:BC2954
- Instantie
Rechtbank Zutphen
- Datum
24-01-2008
- Zaaknummer
06/850211-07
- LJN
BC2954
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBZUT:2008:BC2954, Uitspraak, Rechtbank Zutphen, 24‑01‑2008; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
- Vindplaatsen
Uitspraak 24‑01‑2008
Inhoudsindicatie
De kinderrechter ontslaat verdachte van alle rechtsvervolging voor het vervaardigen en in bezit hebben van kinderpornografie.
RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Kinderrechter
Parketnummer: 06/850211-07
Uitspraak d.d.: 24 januari 2008
Tegenspraak/ dip
VERKORT VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats] op [1989],
wonende te [adres en woonplaats].
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 24 januari 2008.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks 1 februari 2006 tot en met 3 mei 2006 te Apeldoorn en/of te Amsterdam, in elk geval in Nederland, één of meermalen een afbeelding (totaal 10 afbeeldingen) en/of een gegevensdrager, bevattende één of meer afbeeldingen van seksuele gedragingen, te weten
- 4 afbeeldingen, althans een afbeelding van een meisje, te weten [slachtoffer] (geboren [1990]), met een penis in haar mond ([nummer].JPG en/of [nummer].JPG en/of [nummer].JPEG en/of [nummer].JPEG)
en/of
- een afbeelding van een meisje, te weten voornoemde [slachtoffer], voorover gebogen over een bad, waarbij haar naakte billen zichtbaar zijn vanonder een shirt ([nummer].JPG)
en/of
- een afbeelding van een meisje, te weten voornoemde [slachtoffer], liggend op haar buik met een rokje aan. Op de foto is de vagina zichtbaar vanonder het rokje ([nummer].JPG)
en/of
- een afbeelding van een meisje, te weten voornoemde [slachtoffer], met een string aan waar een bloem op zit, zit boven op een penis, waarbij te zien is dat de penis in de vagina binnendringt rechts langs de vagina. ([nummer].JPG)
en/of
- een afbeelding van een meisje, te weten [slachtoffer], ligt op haar buik op bed, gekleed in een string met bloem, waarbij de string opzij geschoven is en haar vagina te zien is. ([nummer].JPG)
en/of
- een afbeelding van een meisje, te weten [slachtoffer], ligt op bed, gekleed in laarzen, panty's en een rok en hemdje. De rok is omhoog geslagen op haar bil. Ze ligt met haar benen wijd en draagt onder de rok geen kleding, waardoor haar linkerbil en haar vagina te zien zijn. ([nummer].JPG)
en/of
- een afbeelding van een meisje, te weten [slachtoffer], ligt naakt op haar buik op bed met haar benen wijd, waarbij haar billen en haar vagina te zien zijn. (DSC01059.JPG)
bij welke vorenbedoelde afbeelding(en) (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, (telkens) heeft vervaardigd en/of in bezit heeft gehad;
art 240b lid 1 Wetboek van Strafrecht
Vaststelling van de feiten:
Verdachte heeft in een periode waar hij 16 jaar oud was in samenspraak met zijn toenmalige vriendin, die toen 15 jaar oud was en met wie hij een seksuele relatie had, met haar digitale camera een aantal foto’s gemaakt van seksuele poses van hen beiden en van haar afzonderlijk. De foto’s en camera zijn in het bezit gebleven van zijn vriendin. De familie ontdekte de foto’s en de vader deed aangifte bij de politie. Verdachte wordt thans vervolgd voor het vervaardigen en het in bezit hebben van kinderpornografie.
Bewijsoverweging en bewezenverklaring:
Met betrekking tot het bewijs overweegt de kinderrechter als volgt:
De vriendin van verdachte is minderjarig. Op een aantal foto’s waarop de tenlastelegging betrekking heeft zijn op prikkelende wijze haar ontblote geslachtsdeel en billen te zien. Ook zijn er foto’s waarop is te zien dat zij een penis in haar mond heeft. Hiermee staat vast dat het om kinderpornografisch materiaal gaat waarvan het bezit en het vervaardigen strafbaar is gesteld artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.
Onder het begrip vervaardigen als bedoeld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht is naar het oordeel van de kinderrechter ook te verstaan het maken van de foto’s.
Nu verdachte nimmer over de camera, die bij zijn vriendin bleef, heeft kunnen beschikken en ook anderszins de afbeeldingen niet in zijn macht heeft gehad of gekregen kan niet bewezen worden dat verdachte genoemde afbeeldingen in zijn bezit heeft gehad.
Bewezen kan worden dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, in die zin dat hij de in de tenlastelegging omschreven pornografische afbeeldingen van zijn vriendin, die ten tijde van de opnames minderjarig was, heeft vervaardigd.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Met betrekking tot de strafbaarheid overweegt de kinderrechter als volgt:
Betrokkenen verschillen in geringe mate van leeftijd en hadden en affectieve en seksuele relatie. Met beider instemming hebben zij van elkaar foto’s gemaakt.
Niet is gebleken dat de één een psychisch of fysiek overwicht had op de ander.
De foto’s waren bovendien niet bestemd voor verspreiding of om te tonen aan derden.
Het beschermd belang en de strekking van artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht is gelegen in het tegengaan van seksueel misbruik van jongeren en de exploitatie daarvan.
Nu de foto’s uitsluitend zijn gemaakt in de privé sfeer en ten behoeve van privé gebruik, het bovendien gaat om jeugdigen van ongeveer dezelfde leeftijd en er geen sprake is geweest van seksueel misbruik dan wel exploitatie levert het bewezenverklaarde geen misdrijf op als bedoeld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.
Verdachte dient dan ook te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Beslissing
De kinderrechter beslist als volgt.
Verklaart het bewezenverklaarde niet strafbaar en ontslaat verdachte van alle rechtsvervolging.
Aldus gewezen door mr. Krijger, kinderrechter, in tegenwoordigheid van Damink, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 24 januari 2008.