Gst. 2019/43
Misbruik van de bevoegdheid om een verzoek in te dienen op grond van de Wet hergebruik overheidsinformatie. (Best)
ABRvS 03-10-2018, ECLI:NL:RVS:2018:3147, m.nt. A. Drahmann & P.M.J.J. Swagemakers
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
3 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. C.H.M. van Altena, A.W.M. Bijloos en H.G. Sevenster
- Zaaknummer
201700951/1/A3
- Noot
A. Drahmann & P.M.J.J. Swagemakers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS22321:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Bestuursrecht algemeen / Openbaarheid van bestuur
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2018:3147, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 03‑10‑2018
- Wetingang
(Art. 3 Wet hergebruik overheidsinformatie)
Essentie
Misbruik van de bevoegdheid om een verzoek in te dienen op grond van de Wet hergebruik overheidsinformatie. (Best)
Samenvatting
Hoewel de indiener van een Who-verzoek gelet op artikel 3, derde lid, van de Who geen belang bij zijn verzoek hoeft te stellen, laat die bepaling onverlet dat de bevoegdheid tot het indienen van een Who-verzoek met een bepaald doel is toegekend, namelijk dat in beginsel alle openbare overheidsinformatie zo gemakkelijk mogelijk beschikbaar moet zijn voor partijen buiten de overheid, zodat op basis van die informatie nieuwe producten en diensten met uiteenlopende doeleinden kunnen worden ontwikkeld. Omdat misbruik van recht ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.