Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioenen en maximering pensioengevend inkomen
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 12-06-2014
- Bronpublicatie:
02-06-2014, Stb. 2014, 196 (uitgifte: 11-06-2014, kamerstukken: 33610)
- Inwerkingtreding
12-06-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-06-2014, Stb. 2014, 196 jo Stb. 2014, 197 (uitgifte: 11-06-2014, kamerstukken: 33847)
02-06-2014, Stb. 2014, 196 jo Stb. 2014, 197 (uitgifte: 11-06-2014, kamerstukken: 33610)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Pensioenregeling
Sociale zekerheid ouderen / Pensioen
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
Wet van 2 juni 2014 tot wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Wet op de loonbelasting 1964, de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet in verband met de aanpassing van het fiscale kader voor oudedagsvoorzieningen
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het fiscale kader voor pensioenen zodanig aan te passen dat bij 40 dienstjaren ten hoogste een ouderdomspensioen kan worden bereikt van 70% van het gemiddelde pensioengevend inkomen, met overeenkomstige aanpassing van het fiscale kader voor partner- en wezenpensioen, en voorts het pensioengevend inkomen te maximeren op € 100.000 alsmede het fiscale kader voor inkomensvoorzieningen in de inkomstenbelasting op overeenkomstige wijze aan te passen en bijbehorende aanpassingen in de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet door te voeren;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: