Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 3:16 [Transparantie]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2016
- Bronpublicatie:
03-07-2015, Stb. 2015, 304 (uitgifte: 21-07-2015, kamerstukken: 33949)
- Inwerkingtreding
01-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2015, Stb. 2015, 513 (uitgifte: 18-12-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een afwikkelonderneming, betaalinstelling, clearinginstelling, elektronischgeldinstelling, entiteit voor risico-acceptatie, bank, kredietunie, premiepensioeninstelling of verzekeraar met zetel in Nederland is niet met personen verbonden in een formele of feitelijke zeggenschapsstructuur die in zodanige mate ondoorzichtig is dat deze een belemmering vormt of kan vormen voor het adequaat uitoefenen van toezicht op die financiële onderneming.
2.
De betaalinstelling, bank, kredietunie, elektronischgeldinstelling, entiteit voor risico-acceptatie, herverzekeraar, levensverzekeraar, premiepensioeninstelling, schadeverzekeraar is niet met personen verbonden in een formele of feitelijke zeggenschapsstructuur indien het recht van een staat die geen lidstaat is, dat op die personen van toepassing is, een belemmering vormt of kan vormen voor het adequaat uitoefenen van toezicht op die financiële onderneming.
3.
De afwikkelonderneming, clearinginstelling of natura-uitvaartverzekeraar is niet met personen verbonden in een formele of feitelijke zeggenschapsstructuur indien het recht van een andere staat, dat op die personen van toepassing is, een belemmering vormt of kan vormen voor het adequaat uitoefenen van toezicht op die financiële onderneming.