Gst. 2008, 80
80. ABRvS 27-2-08. Passende beoordeling vergunning Natuurbeschermingswet 1998, onvoldoende gemotiveerd. (Staat der Nederlanden) m.nt. S.D.P. Kole
ABRvS 27-02-2008, ECLI:NL:RVS:2008:BC5266, m.nt. S.D.P. Kole
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
27 februari 2008
- Magistraten
mrs. P.J.J. van Buuren, H.P.J.A.M. Hennekens en Simons-Vinckx
- Zaaknummer
200607555/1
- Noot
S.D.P. Kole
- LJN
BC5266
- JCDI
JCDI:ADS883354:1
- Vakgebied(en)
Milieurecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2008:BC5266, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 27‑02‑2008
- Wetingang
EG-Richtlijn nr. 92/43 art. 6 lid 2; EG-Richtlijn nr. 92/43 art. 3; Natuurbeschermingswet 1998 art. 19e; Natuurbeschermingswet 1998 art. 19f; Natuurbeschermingswet 1998 art. 19g
Essentie
Passende beoordeling bij een NB-wet 1998 vergunning voor mosselvisserij onvoldoende gemotiveerd. (Staat der Nederlanden)
Samenvatting
De Afdeling is van oordeel dat deze stelling op zichzelf onvoldoende is om te kunnen dienen als onderbouwing van verweerders standpunt dat hij zich op grond van de passende beoordeling ervan heeft kunnen verzekeren dat het habitattype 1110 niet zal worden aangetast door de vergunde mosselvisserij. Uit de stukken en het verhandelde ter zitting is gebleken dat ten aanzien van het habitattype 1110 kennislacunes bestaan, in die zin dat niet duidelijk is of de mosselvisserij schadelijke gevolgen heeft voor dit habitattype ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.