AB 1999, 40
Relatieve onbevoegdheid rechtbank voor gedekt verklaard; beleidsuitgangspunt bij afstemming uitvoering Vreemdelingenwet en Rijkswet niet onjuist; geen onjuiste wetstoepassing in concreto
ABRvS 06-11-1998, ECLI:NL:RVS:1998:AG8948, m.nt. M. Schreuder-Vlasblom
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
6 november 1998
- Magistraten
Van der Does, Van der Weel, Van Wagtendonk
- Zaaknummer
H01971506
- Noot
M. Schreuder-Vlasblom
- LJN
AG8948
- JCDI
JCDI:ADS61326:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
Vreemdelingenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:1998:AG8948, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 06‑11‑1998
- Wetingang
Awb art. 8:7 lid 2; RVS art. 46; RWN art. 8 lid 1 onder b
Essentie
Relatieve onbevoegdheid rechtbank voor gedekt verklaard; beleidsuitgangspunt bij afstemming uitvoering Vreemdelingenwet en Rijkswet niet onjuist; geen onjuiste wetstoepassing in concreto.
Samenvatting
Niet de Rb. te Den Haag, maar de Rb. te Rotterdam was bevoegd om van het beroep kennis te nemen. Ter zitting van eerstgenoemde rechtbank hebben partijen aangegeven geen bezwaar te hebben tegen behandeling en berechting van de zaak door haar. De Afdeling ziet in dit geval aanleiding om de onbevoegdheid van de rechtbank met toepassing van art. 46 Wet RvS voor gedekt te verklaren. Blijkens de wetsgeschiedenis strekt art. 8 lid 1 onder b Rijkswet op het Nederlanderschap ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.