AB 1995, 364
ABRvS, 20-03-1995, nr. H01940018
ABRvS 20-03-1995, ECLI:NL:RVS:1995:ZF1904, m.nt. A.F.M. Brenninkmeijer
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
20 maart 1995
- Magistraten
Van Zeben, De Vries, Ligtelijn-van Bilderbeek
- Zaaknummer
H01940018
- Noot
A.F.M. Brenninkmeijer
- LJN
ZF1904
- JCDI
JCDI:ADS868069:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Bestuursprocesrecht / Beroep
Bestuursprocesrecht / Bezwaar
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:1995:ZF1904, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 20‑03‑1995
- Wetingang
WOB art. 10 lid 2 onder e; Inv.w 1990 art. 44; Inv.w 1990 art. 67; AWB art. 4:16; AWB art. 7:12; AWB art. 8:42; AWB art. 8:86; RVS art. 44 lid 1 onder b
Essentie
Openbaarheid bij fiscale ketenaansprakelijkheid; inzage stukken door rechter voordat beslist wordt op openbaarheidsverzoek.
Samenvatting
Nadat de president van de rechtbank de zaak had kortgesloten komt de Afdeling bestuursrechtspraak tot het ambtshalve oordeel dat ten onrechte geen toepassing is gegeven aan de bevoegdheid om op grond van art. 8:42 Awb als rechter inzage te krijgen in de stukken waarvan openbaarmaking wordt verlangd. Op die grond vindt vernietiging en terugverwijzing plaats.
In een geschil waarbij derden als aansprakelijkgestelden in het kader van de ketenaansprakelijkheid voor belastingschulden vormt art. 67 Invorderingswet niet de enige weigeringsgrond om stukken betreffende de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.