RBP 2018/22
Reconventionele vordering. Is de Nederlandse rechter, als rechter van de plaats waar de schade is ingetreden in de zin van art. 5 sub 3 EEX-Vo, bevoegd tot kennisneming van een vordering tot schadevergoeding indien directe vermogensschade en verlies van zeggenschap ontstaat door verwatering van een aandelenbelang van een naar Nederlands recht opgerichte vennootschap in een buitenlandse vennootschap?
HR 08-12-2017, ECLI:NL:HR:2017:3105
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 december 2017
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
16/05029
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- JCDI
JCDI:ADS928424:1
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:3105, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑12‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1098, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑10‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑09‑2016
- Wetingang
Essentie
Internationaal privaatrecht. Rechtsmacht. Onrechtmatige daad. Reconventionele vordering.
Is de Nederlandse rechter, als rechter van de plaats waar de schade is ingetreden in de zin van art. 5 sub 3 EEX-Vo, bevoegd tot kennisneming van een vordering tot schadevergoeding indien directe vermogensschade en verlies van zeggenschap ontstaat door verwatering van een aandelenbelang van een naar Nederlands recht opgerichte vennootschap in een buitenlandse vennootschap? Spruiten deze in reconventie ingestelde vorderingen in het onderhavige geval voort uit hetzelfde rechtsfeit als dat waarop de in conventie ingestelde vordering tot nietigverklaring resp. vernietiging van een aandelenemissie door deze Nederlandse vennootschap is gegrond? ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.