Ktg. Amsterdam, 17-03-2008, nr. CV07-35622
ECLI:NL:RBAMS:2008:BD1175
- Instantie
Kantongerecht Amsterdam
- Datum
17-03-2008
- Zaaknummer
CV07-35622
- LJN
BD1175
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBAMS:2008:BD1175, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam, 17‑03‑2008; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
- Vindplaatsen
Uitspraak 17‑03‑2008
Inhoudsindicatie
'De enkele inschrijving in het GBA op het betreffende adres is geen gedraging waaruit blijkt van de wil van de betrokkene om een overeenkomst aan te gaan betreffende de leverantie van (bijvoorbeeld) water aan dat adres'. I.c. geen overeenkomst tot levering van water aangenomen.
RECHTBANK AMSTERDAM
SECTOR KANTON - LOCATIE AMSTERDAM
Kenmerk : CV 07-35622
Datum : 17 maart 2008
438
Vonnis van de kantonrechter te Amsterdam in de zaak van:
de stichting STICHTING WATERNET
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam
eiseres
nader te noemen Waternet
gemachtigde: Van Arkel Gerechtsdeurwaarders
t e g e n:
[gedaagde]
wonende te [adres]
gedaagde
nader te noemen [gedaagde]
procederende in persoon
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
De volgende processtukken zijn ingediend:
- de dagvaarding van 7 november 2007 inhoudende de vordering van Waternet;
- de mondelinge conclusie van antwoord van [gedaagde] waarvan aantekening is gemaakt;
- de conclusie van repliek van Waternet;
- de conclusie van dupliek van [gedaagde] waarvan aantekening is gemaakt.
Daarna is vonnis bepaald.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Feiten
1. Als gesteld en onvoldoende weersproken staat vast:
1.1. [gedaagde] staat of stond vanaf enig moment in het GBA ingeschreven als bewoner van de woning aan de [adres].
Vordering
2. Waternet vordert [gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 539,58 wegens kosten voor de levering van water aan bovenbedoelde woning, € 150,00 wegens buitengerechtelijke incassokosten en € 55,45 wegens voor de dagvaarding verschuldigd geworden rente. De wettelijke rente wordt voorts gevorderd vanaf 16 oktober 2007. Waternet stelt dat niet van belang is of [gedaagde] in de betreffende woning heeft gewoond. Het enkele feit dat [gedaagde] als bewoner van het betreffende adres staat geregistreerd maakt hem aansprakelijk voor de kosten van waterverbruik op dat adres, aldus Waternet. Volgens Waternet mag zij de oudste op dat adres ingeschreven bewoner beschouwen als contractant met betrekking tot de aansluiting op dat adres.
Verweer
3. [gedaagde] verweert zich tegen deze vordering en voert aan dat hij zich bij een vriend op bovenbedoeld adres heeft ingeschreven, maar dat hij er nooit heeft gewoond. Hij heeft dit reeds veelvuldig (ook schriftelijk) aan Waternet medegedeeld.
Beoordeling
4. Waar nodig zal hierna nader worden ingegaan op de stellingen en verweren van partijen. Geoordeeld wordt als volgt.
5. Blijkens de dagvaarding vordert Waternet nakoming van betalingsverplichtingen uit een overeenkomst tot de levering van water waarvan zij stelt dat deze tussen haar en [gedaagde] tot stand is gekomen. Het verweer van [gedaagde] komt er op neer dat een dergelijke overeenkomst nimmer tot stand is gekomen.
6. Als enige omstandigheid waaruit blijkt dat de door haar bedoelde overeenkomst tot stand is gekomen stelt Waternet het feit dat [gedaagde] in het GBA als bewoner staat geregistreerd. Waternet heeft niet betwist dat [gedaagde] feitelijk niet in de betreffende woning heeft gewoond. Evenmin heeft Waternet betwist dat [gedaagde] dit reeds vóór de onderhavige procedure aan haar heeft medegedeeld.
7. De totstandkoming van een overeenkomst als de onderhavige is niet aan vormvoorschriften gebonden. Er zijn omstandigheden denkbaar waarin het bestaan van een dergelijke overeenkomst kan worden afgeleid uit de feitelijke gedragingen van partijen, zoals het feitelijke verbruik van water, hoewel bij meerdere gebruikers op hetzelfde adres niet altijd duidelijk hoeft te zijn wie de contractant(en) is (zijn).
8. De enkele inschrijving in het GBA op het betreffende adres is echter geen gedraging waaruit blijkt van de wil van de betrokkene om een overeenkomst aan te gaan betreffende de leverantie van (bijvoorbeeld) water aan dat adres. Andere feiten of omstandigheden waaruit dat wel zou kunnen blijken zijn gesteld noch gebleken.
9. Dit betekent dat van enige overeenkomst tussen partijen niets is gebleken, althans dat Waternet onvoldoende concrete feiten en omstandigheden heeft gesteld waaruit het bestaan van een dergelijke overeenkomst kan worden afgeleid, en dat de vordering van Waternet wordt afgewezen.
10. Gelet op de uitkomst van de procedure wordt Waternet veroordeeld in de proceskosten van [gedaagde]. Nu [gedaagde] tweemaal in persoon ter rolzitting is verschenen worden deze begroot op € 50,-.
BESLISSING
De kantonrechter:
I. wijst de vordering af;
II. veroordeelt Waternet in de kosten van de procedure aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op € 50,-;
III. verklaart de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. C.L.J.M. de Waal, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 17 maart 2008 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter