Prg. 1999, 5214
Mondelinge huurovereenkomst ter zake Amsterdamse Huurwetbedrijfsruimte moet met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden worden opgezegd.
Ktr. Amsterdam 18-06-1999, ECLI:NL:KTGAMS:1999:AI9918
- Instantie
Kantonrechter Amsterdam
- Datum
18 juni 1999
- Magistraten
H. van Breda
- Zaaknummer
375/99
- LJN
AI9918
- Vakgebied(en)
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:KTGAMS:1999:AI9918, Uitspraak, Kantonrechter Amsterdam, 18‑06‑1999
- Wetingang
BW art. 7A:1607; BW art. 7A:1609; Huurwet art. 28d
Essentie
Mondelinge huurovereenkomst ter zake Amsterdamse Huurwetbedrijfsruimte moet met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden worden opgezegd.
Samenvatting
Verhuurster vordert bij wege van voorlopige voorziening ontruiming van ‘Huurwetbedrijfsruimte’, omdat zij de huurovereenkomst, eerst schriftelijk aangegaan voor bepaalde tijd en na die tijd door gecontinueerd gebruik als mondelinge huurovereenkomst voortgezet, bij herhaling heeft opgezegd (laatste maal tegen 1 maart 1999). Voorts heeft huurster haar verzoekschrift ex art. 28d Huurwet op 10 juni 1999, dus te laat, ingediend. Eiseres heeft een spoedeisend belang daar zij zich heeft verplicht het gehuurde leeg op te leveren aan een koper ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.