RBP 2020/51
Kort geding. Is een misslag in het oordeel van de bodemrechter zonder meer reden om de uitspraak in kort geding niet op dat oordeel af te stemmen en de executie te schorsen?
HR 24-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:806
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 april 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
19/00155
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- JCDI
JCDI:ADS206814:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:806, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1202, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑01‑2019
- Wetingang
Essentie
Kort geding. Afstemmingsregel. Executiegeschil. Is een misslag in het oordeel van de bodemrechter zonder meer reden om de uitspraak in kort geding niet op dat oordeel af te stemmen en de executie te schorsen?
Samenvatting
In een bodemprocedure wijst de rechtbank de vordering van de curator tot betaling van een rekening-courantschuld toe. Het beroep van gedaagde op verrekening met een vordering tot terugbetaling van een geldlening wordt door de rechtbank verworpen. Gedaagde voldoet aan de veroordeling en gaat in hoger beroep. Het hof honoreert alsnog het beroep op verrekening en vernietigt het vonnis. De vordering van de curator ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.